Via Alie hadden de chauffeurs ons al gewaarschuwd dat een
deel van de route hobbeldebobbel zou worden. En dat dat gewiebel niet aan hun
stuurmanskunsten lag, maar aan de belabberde staat van de weg. Nou, ze hebben
gelijk gekregen. Het eerste stuk, over het platteland van Midden-Java, was
inderdaad een flinke schommelweg. Al slingerend probeerde de chauffeur de
grootste kuilen zoveel als mogelijk te ontwijken. Spontaan werd ‘In een rijtuigie’ ingezet, maar toen
Vinkeveen maar steeds niet in beeld kwam, verstomde het gezang spoedig. Wel gaf
de langzame gang ons goed de mogelijkheid rond te kijken; soms waanden we ons
in een Conimex-achtige sfeer, met hardwerkende mannen en vrouwen op de uitgestrekte
rijstvelden (met van die ronde, Conimex-zonnehoeden), fietsen en scooters met allerhande
bepakking, allerlei stalletjes en winkeltjes langs de weg, af en toe een brug,
riviertje of spoorlijn en palm- en bananenbomen in overvloed.
Rond een uur of twaalf lunchten we in een Oosterse versie
van McDonalds of Ikea-restaurant, compleet met een alternatieve ballenbak voor
de kinderen, vriendelijk personeel en een flink buffet. Wij kozen - op aanraden
van Alie - voor een gevulde ossenstaartsoep met een portie rijst. Ook kwam het
personeel vragen of er iemand van de groep in april jarig was. En onder grote
groepsdruk bood Marga zich aan; ineens bleek ze haar verjaardag op 27 april te
vieren. Net als onze kroonprins. Dat is zelfs schriftelijk door haar vastgelegd
op een formuliertje, de jokkebrok. En zoiets moet natuurlijk uitgebreid gevoerd
worden, hieperdepiep hoera! Onze wannabe-jarige werd flink in het zonnetje
gezet. Er werd ‘Lang zal ze leven’
gespeeld, er werd door het restaurantpersoneel voor haar gezongen en ze kwam op
de foto met een feesthoed, bloemenketting en een heus Happy Birthday-bord boven
haar hoofd. En als klap op de vuurpijl kreeg ze ook nog een lekker gebakje. En
blij dat Marga met dit verjaardagsfeestje was… Gelukkig hebben we de foto’s
nog.
Ons reisdoel voor morgen (zaterdag) is de boeddhistische
tempel Borobudur, maar omdat het hotel op het tempelterrein bezet is vanwege
festiviteiten, slapen we vannacht in een hotel in Magelang. Da’s een klein
uurtje rijden vanaf de Borobudur. Onderweg kreeg Arjan, vanwege een sms’je over
eerdere plasactiviteiten van een der medereisgenoten (zie de blog van precies
een week geleden, zaterdag 15 april) zo’n aandrang dat hij verzocht tot een
korte sanitaire stop. Dat werd uiteindelijk een bananenboom. Ook hiervoor
geldt: gelukkig hebben we de foto’s nog…
Uiteindelijk kwamen we om 17.30 uur aan bij ons hotel in
Magelang (Hotel Puri Asri). Da’s dus 200 Indonesische buskilometers in iets meer
dan 10 uur (met een uurtje lunchpauze). Dan zit je vanuit Nederland al middenin
Frankrijk… Maar goed, ons hotel bleek een luxe onderkomen te zijn; allemaal
kregen we een prachtige kamer toegewezen. En omdat het bij aankomst al zo goed
als donker was, zijn we erg benieuwd naar het uitzicht, morgenvroeg.
Het diner was heerlijk (soep vooraf, rijst, kip, vis, een toetje
en koffie/thee na); de obers liepen hier keurig in pak/stropdas/vlinderstrik.
Na het eten hebben we samen stilgestaan bij Goede Vrijdag, buiten in de
openlucht. We hebben met elkaar gezongen, uit de Bijbel gelezen, geluisterd
naar een korte overdenking, naar Goede Vrijdagmuziek en hebben we met elkaar
gebeden. Dat was mooi, zo samen met elkaar, met bekende woorden in een ver
land. Morgenochtend doen we het rustig aan, pas om een uur of elf vertrekken we
uit dit hotel, rijden we wat rond en na de grootste middaghitte begeven we ons
richting Borobudur. En het gekoelde bier uit de minibar smaakte prima!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten